Beren vechten in canada.reismee.nl

Otters, zo groot als een mens

De ochtendsafari voor het ontbijt is een idee van Pauline. Dus staat Orlando om 6 uur aan de hangmatten te rukken om ons eruit te krijgen. Met een slaperige kop zitten wij in de boot en verdwijnen in de nevel. Het is erg stil op onze motortje na dat bijna stationair draait. Boomstammen die in het water zijn gevallen liggen als dode lichamen in de mist. Tal van vogels zitten in de bomen uit te slapen. Het is mystiek, soms geluid en soms serene stilte alles in een waas die langaam optrekt. Een half uur later is alles helder en brandt de zon weer ongenadig in onze nek. Grote insecten brommen als helicopters om onze oren, op zoek naar kleine vliegjes, dat laatste is prima, het eerste is verrekt irritant. Deet helpt niet, daarvoor vliegen ze te snel.

Dan zien wij hoog boven ons bomen bewegen, een bende Capucijnapen. Ze springen van boom naar boom. In geval van een misser duikelen de acrobaten 5 meter maar beneden om net op tijd een volgende tak te grijpen. Ze bewegen snel langs de rivier en wij laten ons een tijd meedrijven totdat ze verder het binnenland in trekken. Verderop zien wij een andere groep bruine apen die samen met doodskopapen de dienst uitmaken. Hiervoor moeten wij de oever op, met succes want daar zijn ze. Wij staan daar op onze sandaaltjes, de kwestie is lawaai maken tegen de slangen of zachtjes doen voor de apen. Wij kiezen voor het laatste maar zijn toch wel een beetje blij als wij weer in de boot zitten.

Teruggekomen gaan wij ontbijten en net daarna zwemmen er twee reuzenotters voorbij. Giga groot, ik denk even groot als onze gids, daarmee moeten wij niet een robbertje vechten. Snel zwemmen ze door, op jacht naar een lekker visje? Wij proberen ze te volgen, maar jagen doen ze onder water dus af en toe komt de kop nog naar boven. Ongelofelijk dat deze dieren zo groot zijn. Dat gezegd hebbende vertelt Orlando dat meervallen toch ook wel 3 meter kunnen worden en de zeekoeien komen tegen de 4 meter aan. Hier ga ik dus niet meer zwemmen. 

Het kamp opbreken is zo gedaan, wij ruimen wel al onze troep op. Toen wij aan kwamen varen hadden wij veel meegenomen, vooral water. Nu wij terug gaan is het niet minder geworden, wel veel lege flessen. De boot is dus weer nokkievol en wij wurmen ons in de lege gaten. De motor aan en 1,5 uur terug varen naar daar waar de auto staat te wachten. Die ziet er ondertussen niet meer uit, zeker niet als wij de boot op het dak hebben geschoven en de rest in de achterbak hebben gepleurt. Ook nog 2 uur rijden naar de bewoonde wereld en dan nog een uurtje tuffen over asfalt. Thuis eerst maar douchen. Je wordt er toch wel moe en heel vies van.

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!